31. mei, 2015

Nostalgie en melancholie dansen hand in hand...

Middernacht. De hond snurkt zacht, in zijn mandje. Cool Jazz zendt luchtige liedjes uit. Ik surf op het internet. Een ex-collega van radio Bagdad plaatst verschillende foto's van Bagdad op zijn FB. Op een foto is het ziekenhuis waar twee van mijn kinderen zijn geboren. Ik denk aan die hete moeizame dag en nacht. Vóór de geur van nostalgie mijn neus bereikt surf ik verder en lees ik een klacht van een schrijver. Hij schrijft over de hindernissen die een schrijver moet overwinnen op weg naar bekendheid. Het schijnt dat er miljoen schrijvers in Nederland zijn en die allemaal bij Mathijs van DWDD aan tafel willen zitten om beroemd te worden. Mijn schouders zijn te ontspannen om in beweging te komen en zich even omhoog te tillen. Ik zal liegen als ik niet naar aandacht voor mijn boeken en de rest van mijn werk verlang. Je doet het uiteindelijk voor mensen maar toch in de eerste instantie voor jezelf. En omdat ik voor mezelf schrijf let ik bijna niet meer op zulke zaken. Het zijn bijzaken geworden en ik ben tevreden met de ruim honderd bezoekers per dag op mijn site.
Maar dat hindert niet dat het middernacht wordt. Dat de stilte heerst. Dat de slaap je bijna verlamt maar je je niet gewonnen wilt geven. Dat nostalgie uit de begraafplaats stijgt als een mooi gezang en boven je huis hangt. Dat je in de ochtend wanneer je, in de regen langs dezelfde begraafplaats, rent het gejuich van doden hoort voor nieuwkomers en de verse bloemen. Dat alles verandert maar toch hetzelfde blijft. Dat we in een cirkel draaien, soms sneller dan anders. Dat we groeien en tegelijk krimpen.
Middernacht is voorbij. De luchtige liedjes gaan onvermoeid en onverminderd door. De nostalgie klopt, tikt tegen de ramen maar de melancholie leidt hem af. Ik zie ze hand in hand een dansje voeren over het water dat altijd onder mijn balkon blijft en onderdak aan vissen geeft. Ze kijken naar de buren. De ene buurvrouw is begaan met het lot van duiven die mijn balkon onder-poepen. De ander buurvrouw, de jonge moeder die een nier aan haar doodzieke moeder afstaat en daarmee haar eigen leven in gevaar brengt, wekt bewondering en respect.
Ik doe het raam open en verjaag nostalgie en melancholie weg. Het licht gaat uit. Het geluid volgt. De stilte heerst. De dromen wachten al, liggend in mijn bed.