20. jun, 2015

Relativeren?!

Elke keer als ik voornemens ben niet te schrijven over de ellende van de oorlog, mijn afkomst, het vluchten en mijn oorlog in een kluis op slot te doen en de sleutel weg te gooien kom ik bedrogen uit. Het nieuws van de oorlogen komt niet alleen bij je in de woonkamer, sluipt niet alleen in al je computers en telefoons maar heeft de kop in je huid gestoken, samen met zijn scherpe klauwen. Het nieuws is een vastzittende teek die in zijn geheel onder je huid zit en niet te verwijderen is. Natuurlijk kan je soms proberen niet te kijken, niet te voelen of horen maar dat zijn alleen voornemens. Wat doe je als je een foto ziet van een moeder en haar twee jarige zoontje. Dat ze achter het prikkeldraad zit en recht in de lens van camera kijkt, recht in je ziel. Wat doe je als ziet dat het twee jarige kind verdriet heeft, dat hij aan het nadenken is als een filosoof, een pessimistische filosoof. Je kunt zeggen en denken dat je veel kunt betekenen, veel doen en de wereld veranderen. Daarin geloofde ik ooit heilig in. Je komt in opstand en je probeert iets te doen. De werkelijkheid is helaas anders. Het probleem van de vluchtelingen heeft haar hoogste piek bereikt. Het record stond een aantal dagen geleiden op 60.000.000. Ja, zestig met zes nullen aan de rechterkant.
Je wilt niet pessimistisch of optimistisch zijn maar als je eerlijk de situatie analyseert kom je tot de harde conclusie dat het probleem de wereld en iedereen ontgroeit is. Er zal geen definitieve oplossing zijn. Sterker nog, er komen dagelijks honderden en misschien duizenden vluchtelingen bij. In dat licht kan je (door het begaan met het lot van mensen die door de oorlog moeten vluchten) zie je waarschijnlijk het probleem van de economische vluchtelingen als een luxe en wuif je het met een hand gebaar. Dat zou je niet moeten doen. De dood die je door een kogel aantreft is niet minder erg dan de dood die je door honger meeneemt.
Om het probleem proberen te mijden of proberen het te vergeten lost het probleem niet op. Toch kan je als mens niet vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week aan een stuk aan een ding denken. Zeker niet aan de vluchtelingen, niet aan de oorlog en niet aan de ellende waar de mensen mee te maken hebben. De vluchtelingen zelf die midden in hun drama zitten hebben momenten waarin ze aan iets anders denken. Momenten van ontspanning en zelfs geluk en lachen. In die vluchtelingenkampen blijven de mensen het leven leiden, naar de omstandigheden. Ze eten, misschien niet in de luxe van toen ze in hun eigen huizen waren maar ze eten anders gaan ze dood. Als je eet moet je het kwijt. Mensen gaan plassen en poepen. Daar in de vluchtelingenkampen, achter én voor de prikkeldraden moet je je behoefte doen. Het is niet ideaal maar kan komische aspecten met zich mee brengen. Je krijgt scenes die je normaliter nooit zal meemaken als je niet in die situatie terecht komt. Het zou misschien niet leuk zijn maar er zullen beelden op je netvlies blijven hangen en je soms laten glimlachen. Je zou misschien ook denken dat die arme vluchtelingen in die situatie niet aan seks denken. Ik zal je wel teleurstellen. Juist in die massaliteit, dichtbij elkaar wordt seks gestimuleerd en het werkt, voor bepaalde mensen, als porno-kijken. Ja, in die vluchtelingenkampen wordt flink liefde gekoesterd en liefdebedrijven. Niet zonder consequenties. Er worden ook kinderen verwekt.
Je zou je afvragen waarom ik dit zeg. Ik zeg het niet om je tegen te houden je idealen na te gaan en je meningen te beïnvloeden. Je moet doen wat je denkt dat het juiste is. Je mag die mensen helpen, op welke manier dan ook. Toch wees op je hoede want de kans bestaat als je te begaan bent met het lot van de mensen en de denkt dat je dat met geweld gaat veranderen kom je niet verder dan olie op het vuur gooien en daarmee geweld verder laten oplaaien want dan ben je verkeerd bezig. En de stroom van de vluchtelingen zal alleen maar toenemen, met alle voor- en nadelen.