Tamme en doffe sterren…

Twee minuten voor drie in de ochtend
de blaas heb ik net geleegd
de ramen geopend
geen bries
de wind is stil
de stilte heerst
de buurt slaapt 

Ik kan de slaap niet pakken
hij is glibberig en speels

Ik draai me in bed,
links, rechts en op de rug
bijna een uur lang
drie minuten vóór vier stap ik uit
het bed en de kussen blijven liggen

Op de trappen die kraken
weet ik wat ik wil: een ijsje 

likkend en happend aan het ijsje
kijk ik naar buiten:
de stilte ligt met benen wijdopen
lantarenlichten dansen in het water
de bomen staan bewegingloos
Waarschijnlijk slapen ze ook

Na het ijsje heb ik
Trek in koffie
een plakje kaas hoort erbij
nippend aan de koffie kijk ik
schuin naar boven:
De hemel is vol van sterren

Ik denk aan mijn geboortedorp
daar hingen meer sterren aan de hemel
daar straalden ze veel licht
daar lijken ze vrolijk
Waarom zijn de sterren hier stil,
Dof?

Ik troost me met de gedachte
dat ik na mijn dood
zal weten of de sterren bezield zijn
of de mensenzielen na de dood
de sterren bevolken

Het laatste is wellicht de reden van de
Tamme en doffe sterren…

Zon, Horizon en Licht

De zon staat elke ochtend te wachten

als hij me ziet aankomen fietsen

Hij steekt dat het hoofd boven de horizon

hij roept net geen: ’Kiekeboe’ maar

glimlacht en likt aan mijn gezicht,

met zijn warme stralen,

net als een koe die na bevalling

haar kalfje likt

 

Naar mate ik ouder word, en dat ben ik nu

Blijft de zon mijn gezicht elke ochtend likken

Hij houdt geen rekening met mijn rimpels

zijn zonnestralen baren jeuk,

pukkels en pigmenten die groeien

als paddestoelen in, op en uit mijn gezicht

dat verandert in een schilderij:

diepe lijnen en bruine ouderromertjes,

wel schattig maar meelijwekkend 

 

Vanochtend, vóór de zon naar de horizon komt

vuurt de hemel bliksems,

vuurwerk zonder kruitstank

de bliksems lijken jonge honden

te actief, te enthousiast en soms te agressief

ik word een beetje bang van dat onverwachte

lichtflitsen gevolgd door groot kabaal,

Explosies die op een Russische aanval lijken

 

Ik denk toch maar aan de zon

zou die bezorgd zijn,

dat ik niet naar de horizon ga fietsen

wat zou zonder mij dan doen,

achter de horizon blijven wachten

Of een dagje vrij nemen?

 

Met de zon kan ik helaas

geen contact nemen

de zon heeft geen telefoon

geen Facebook, geen Instagram

geen Twitter

Hij heeft geen, sociale media, account

hij beschouwt die als Asociaal…

 

Lieke Marsman*

Je bent ongeneselijk ziek
de dood zit je op de hielen
Hij heeft een huurmoordenaar in dienst
Genomen, de meest agressieve
Huurmoordenaar
De naam is: kraakbeen-kanker 

Ja, die
De meedogenloze, de gewetenloze
De niets ontziende kanker,
de monster onder de kankers,
De kampioen

Je rechterarm waarmee je schrijft
Je rechterarm waarmee je tenniste
schakelde hij uit
Nu zit hij ergens, als een roofdier
erop te bijten
terwijl hij aan het watertanden
Droomt hij van de rest van
het jonge lichaam

Blijf schrijven tot die huurmoordenaar
kanker krijgt
blijf schrijven en streel heel zachtjes
je gedichten, met je linkerhand

Ja, je blijft schrijven
Ja, je blijft tennissen
Ja, je hebt eeuwig je stempel
gedrukt
alles zal herdrukt worden

Als je ooit daar bent
waar Sylvia Plath dwarrelt
vraag haar waarom haar dood
Zelfmoord als huurmoordenaar
in dienst nam.

Je hebt een karakter waar
geen enkele soort kanker
het doden kan

Lieke, je zult eeuwig leven
misschien op de Mars,
Marsman. 

Geef je ons dan een teken? 

* Lieke Marsman is de Dichter des Vaderlands 2021-2022 en is ongeneselijk ziek.

Wonden genezen te traag

Ruim een maand of langer
stootte ik mijn scheenbeen
tegen de scherpe rand
van de salontafel
de pijn was vuriger,
scherper en dieper dan
de schaafwond. 

Van nature veracht 
mijn wonden en hun pijnen
ik negeer hun duw en trek
maar deze kleine snij
liet me even kermen,
zweten en vloeken.

Mijn wonden genezen 
niet snel
ze zijn te laks
te langzaam en 
te lui

niet alleen die 
waardeloze schaafwond 
is te traag en lui
de onzichtbare wonden
zijn nog trager en harder.

Mijn wonden weigeren me 
te verlaten
mijn lichaam is hun thuiskomen 
hun leven
en de genezing is hun dood
niemand wil dood,
mijn wonden zeker niet. 

Het is oorlog

mijn lichaam en mijn wonden 
vechten sinds mijn geboorte
niemand wil de strijdbijl 
begraven
niemand doet compromissen.

Met de jaren worden
mijn wonden slimmer,
taaier en zonder mededogen

Mijn schaafwond lijkt
een sluwe schildpad en 
schreeuwt: ‘krab me,
ik geef me over
neem het schild af’

Daar trap ik niet in!

 

Kijk niet uit het raam...

Terwijl ik uit het raam kijk
besef ik dat ik niet
de eerste ben
die ooit uit een raam keek
misschien kijken nu miljoenen
uit hun ramen en er keken
miljarden uit hun ramen 

Ik kijk uit het raam en zie dat
de bomen het zwaar hebben
ze staan daar in de regen
de wind probeert ze weg te blazen
de bomen houden stand
ze vechten terug
schudden heen en weer
ze verliezen veel van hun bladeren

Terwijl ik naar de strijd van die bomen kijk
besef ik dat ik niet
de eerste ben
die de strijd van de bomen ziet
misschien kijken nu miljoenen
naar de agressieve buien
van de regen en de wind

Ik kijk uit het raam en besef
voor het eerst
dat ik niet het centrum
van de wereld ben
dat de wereld niet om mij draait
dat ik maar net als
die gele bladeren ben
die de strijd moet ooit opgeven
in de herfst van mijn leven
wanneer de regen en de wind
de jacht verhevigen 

Terwijl ik naar buiten sta staren
besef ik dat ik niet de eerste ben
niet de enige ben
die uit het raam kijkt en tot
deze conclusie komt:
iedereen zal vallen en
het leven zal doorgaan
Ooit, vroeg of laat
ook zonder jou en mij!

Onenigheid

Voor de oorlog vluchtte ik
pas achtjaar oud
bommen vielen uit de hemel
hemelse jagers schoren de lucht
geweren schoten hun kogels los
ik vluchtte ja, een beetje laf
doden en doodgaan reken ik zeker
tot laffe daden

voor het leven vochtte ik
pas tienjaar oud
klappen vielen op mijn wangen
monden spogen op mijn gezicht
terugvechten heb Ik Mezelf geleerd
buigen kenden wij niet
de rug bleef recht
pesten is laf
beledigen is laf, zeker laag

De macht erotiseert
de macht terroriseert
tegen beide vochtte ik
Samen met Mezelf
net op tijd gevlucht
Wij vluchtten ja, een beetje laf
je laten pakken, martelen en doden
reken ik zeker tot laffe daden
daar is Mezelf met me eens
er is geen schaal die lafheid kan weigen

De jaren propten alles binnenin me
met schoppen en harde hand
onzichtbare linttekens raakten diep in de put
Mezelf kwam in opstand tegen Ik
verscheurd en gewond raakten we
Ik en Mezelf kunnen niet meer eens worden
nu wil Ik vluchten voor Mezelf
Mezelf wil het zelfde
mijn lichaam is geen oord of land
Wij kunnen het niet ontvluchtte
is dit het lot, het hiernamaals
is dat de hel

Waar zijn de beloofde maagden dan?

Vroeger is er niet meer

Vroeger, was vroeger maar gebleven
vroeger was ik jong en onbevangen
vroeger dacht ik dat ik alles kon
vroeger kon ik alles aan
vroeger kon de wereld niets, zonder mij
vroeger was de wereld niets, zonder mij
vroeger bleef echter een pas op de plaats doen
ik kon niet stil staan
Eigenlijk weet niet wie de ander verliet
heb ik vroeger verlaten of
heeft vroeger mij weggeschopt
nu schopt vroeger me elke dag weg én
ik verlaat vroeger, elke dag
elk uur

Vroeger, was vroeger maar gebleven
vroeger geloofde ik in idealen
vroeger streed ik voor idealen
vroeger nam ik risico’s
vroeger leefde ik intens
vroeger was de melancholie origineel
vroeger had het verdriet ADHD
vroeger, was ik maar op je schoot gebleven

Nu ben ik niet van vroeger
onze liefde is verkoold, dood
dat vindt vroeger jammer
dat vind ik jammer
maar dat is het lot

Het lot?

daar had ik vroeger niet van gehoord
misschien wel gehoord maar genegeerd
nu slaat het lot keihard terug
het lot slaat met haar traditionele wapen:

Ouderdom

Ouderdom is de grote hinderlaag van het leven
vroeger was het anders
vroeger kende ik geen ouderdom

ouderdom zie ik niet, nooit
ouderdom voel ik niet, nooit
waarschijnlijk overdrijf ik iets maar
het zijn de anderen die mijn ouderdom zien
ze hebben allemaal verschrikkelijke staar
je bent blind als je me niet in vroeger ziet

Jammer, vroeger heeft me allang verlaten!

Jong en wild

Melancholie zit naast me

op de bank 

mooi en krachtig

ik leg mijn hoofd

op haar dij

ze streelt mijn haren

het voelt fijn, zonder meer

 

De bel gaat

we schrikken even 

we rennen naar de deur

daar staat Nostalgie 

vrolijk, met open armen

net als altijd

 

Wij drieën omhelzen elkaar

stevig 

ik vraag wat ze lusten

Nostalgie vraagt zwarte thee 

melancholie wilt zwart koffie

 

Ik open een fles wijn

we bouwen een feestje 

net als vroeger

toen we jong en ontembaar 

waren

 

Ze dansen wild

ik dans wild

ik raak buiten adem en

ik kan ze niet bijbenen 

ze lachen me uit,

tillen me bij de oksels op en

ze slepen me naar de spiegel

 

de kleur vlucht uit mijn gezicht

de rimpels graven zich dieper

de grijze haren gaan overeind

staan

mijn mond valt open

 

Mijn eeuwige vrienden drukken

stevige kussen op mijn wangen

 

Ineens sta ik alleen

in de spiegel.

 

Utrecht 18 maart 2019

De tram, geel als een narcissen-veld

stopt abrupt

schoten en geschreeuw 

vechten om het gehoor

kogels boren onschuldige lichamen

paniek en ongeloof 

binnenin de tram barst een hel

buiten de tram houdt iedereen

de adem vast

alle oren zijn gespitst

het nieuws schopt me op de bank

en zweept met beelden 

deze worden tientallen malen herhaald

plots gaat een foto in de lucht 

een man met een kromme neus,

een baard en een lege akelige blik

hij zou de moordenaar zijn

 

de burgemeester twittert zichzelf

half ingezakt vertelt over drie doden en

drie ernstige gewonden 

De persconferenties vertellen weinig

de premier en de kale minster evenmin

speciale eenheden staan op scherp

te wachten

verkiezingscampanjië voeren wordt gestaakt

behalve de schat van zijn moeder Baudet 

hij lapt alles aan de laarzen 

en dat werkt in zijn voordeel

 

niemand kan de doden laat herleven

niemand kan ze compenseren

er zijn er die stiekem de daad 

van de criminele Turk toejuichen

niet alleen de extremisten

politici zien de daad 

als koren op bepaalde molen

 

Dat is het leven

bizar maar waar....

Alzheimer zonder ziekte

Hoe was het ook weer
wat draait door
wat is aan het doordraaien
wat draait om de as van de ander
draait de pijn om het verdriet door
draait het plezier om de pijn door
de woorden duizelen me
ik zet ze in een goede volgorde
tenminste dat is mijn bedoeling
als ik ze teruglees
staan ze verkeerd:
chaos 

Ik ben de alzheimer zonder
de ziekte
een nep alzheimer
mijn hersens lijken op spaghettipan
ze krimpen niet
de aders lopen door elkaar
een korte sluiting sluit ik
niet uit

ze zijn even uit balans

als ik wil zeggen: dans
een zucht wordt actief

Het ligt waarschijnlijk aan de slaap
mijn slaap is altijd alert
dromen en dagdromen
zijn onafscheidelijk Siamezen
net als de dood en het leven
ik weet niet welke
me aanstuurt

diep ademhalen
kan niet zonder een dansje
of een sprong in een diepe
zucht

Alles heeft een oorzaak
niets blijft zonder gevolgen

de cirkel is niet rond
vlakvoor hij rond komt
gaat het licht uit…

 

Bedrog is eeuwig

Het duister en haar spoken

beheren de hemel

en de aarde

ze sluipen binnenin 

sommige huizen bieden verweer

ze aansteken de kaarsen

die branden maar geen licht geven

het licht is angstig en trekt zich terug

in een donkere holte

donkerte heerst de stemming

de hersenen draaien op volle toeren

door

 

Ik hap naar een uitweg

oppervlakte bied verteer

melancholische muziek danst

de blote buiken schudden de heupen

het duister raakt verdoofd

dronken van schoonheid

het licht klimt uit de donkere holte

 

Niets is eeuwig

behalve het bedrog! 

 

 

Geen uitweg...

De nacht spuit gif
met zijn dikke vingers
in mijn zwakke ogen
mijn ziel raakt in de war
telkens opnieuw
ik zoek naar een uitweg
die is onvindbaar
of hermetisch dichtgeslagen

ik sleep de dagen door
steeds met minder kracht
bitter zijn de nachten
maar zoet
vergeleken met de dagen

Het verdriet en ik
wisselen van rollen
het verdriet woonde in me
nu woon ik in haar
in haar verschillende gedaanten
in het sterfende
jankende
laffe en tedere

maar meestal in het vertederende
dan smachten we
naar het einde
van mijn leven 


Natuurlij is er licht
na mijn leven
de dood is een tunnel
waar ik niet ga pogen graven

Er is geen licht!

 

De horizon is vermist

De horizon is vermist

al dagen zoek ik

in de bossen

op het strand

in de drukke straten

op de fietsbaden

overal gezocht

en overal stond

een grote zwarte gat

 

misschien ligt het

aan mijn zwakke vizier

maar ik zoek al dagen

soms met alles wat ik heb

en alles wat ik heb is de leegte

de leegte vervult me

de leegte tekkelt me

ik val

zelfs in mijn val

zoek ik naar de horizon

met de leegte

als het zoeklicht

 

De horizon is zoek

Ik tracht mijn balans te vinden

ik probeer door 

het grote zwarte gat

te prikken

maar de grote zwarte gat

zweeft in de leegte,

de mijne

 

Er is geen balans

geen vizier

geen verleden 

 

Hoe zou de toekomst eruit zien,

zonder verleden

zonder balans

waar de horizon verdween

in een grote zwarte gat...

 

Halfnaakte maan

De maan hing

halfnaakt 

aan de hemel

ik dreef

bijna naakt

in het water

plat op mijn rug

de wind zag

onze vonken

er verschenen wolken

de sluierwolken

trachten de halfnaakte maan

te bedekken

het water klotste

ik verloor mijn evenwicht 

hoestte het water uit

neus en keel

zwom verder met

vlinderslagen 

 

Ik ademde rustig door

wetende dat de maan

met al zijn gedaanten

nooit voorgoed verdwijnt 

de sluier wolken

kunnen mijn zicht

niet altijd belemmeren

zeker niet 

als ik niet bijna naakt

in het water lig

het water dat altijd

golfen en klotsen kan...

Crematorium

Vier feest
dans met hoge toeren
snelle passen
ga uit je dak
laat jouw verdriet uitzweten
laat het in de kou
maar beter schiet haar
een kogel door het hoofd

Kruip in oorverdovende geluiden
laat je ziel alles opzuigen
ontsteeg alles
vooral de tijd en de ruimte
splits ze in duizenden
stukjes
dat noemen ze trans:
één worden met jezelf
als je nog een ‘zelf’ hebt


Neem ontslag als grafdelver
als verdriet-lijder
word crematorium
met hoge brandvermogen
verander alle grafkelders
in as

En lach
als je tenminste
nog lachen kan…

 

Ik lok de stilte 

uit zijn tent 

we zitten naast elkaar

bij een kampvuur 

die we telkens aansteken

Wanneer we bij elkaar komen

de wind blaast de tent

harder op

tot alles ontploft 

vervolgens zingt het duister 

met een hese stem

 

Onheilspellen mooi  

 

We zweven in het lot 

in de leegte

protesteren is zinloos

energie is regelmaat

en totaal doof

voor de nietige mens

blijf je gedachten strelen

laat je woorden smelten 

op mijn tong

de stilte is ontheemd

binnenin je

gevoelloos.

De zon gelooft niet in polderen

De zon is los

geëxplodeerd 

in miljoenen zonnen

hij jaagt je

hij achtervolgt je

nergens is veilig

 

De wind is gevlucht

hij is gewond 

vleugellam 

geen bries komt binnen,

open ramen en deuren

helpen niet

 

de regen is rebel geworden

een mol

zonder kracht 

als hij aanvalt 

is hij niet meer dan 

een druppel

op een gloeiende plaat

 

Nederland was plat

nu ook een gloeit plaat

 

Verbied de religieuzen te bidden

anders komt de wind 

nooit meer terug 

de regen raakt dement

en de zonnestralen 

van kwaad naar erger 

 

Als iemand me hoort fluiten

weet dat ik stiekem 

de kou smeek

zich te vermannen

fluit dan mee

laat het bliksemen 

laat het donderen

laat de kou terugkeren

 

misschien kunnen ze de zon

overtuigen van de nut

van geloof in democratie,

niet in het polder-model

 

Helaas is polderen over en uit

tolerantie is over en uit

alleen de zon,

de razende hitte is nog

over....

 

Noord-Zuidlijn

Lieve Noord-Zuidlijn,

eindelijk, eindelijk eindelijk
we weten:
je bent geen Godot
je bestaat, echt
wel een taaie
je zou in 2007 komen
hoe kan je komen
zonder aanleg
je werd een bierput
je slikte miljarden door,
zonder te bestaan
als een imaginaire mol bleef je liggen
in de grond wroeten
je zou in 2011 komen
maar hoe kon je komen
zonder aanleg
je kwam niet
de aanleg begon in 2003
na drie jaar graven
kostte je meer
alles zakte bijna door de grond
men raakte in paniek
jouw komst, uitgesteld
2013 veranderde in 2015
een wethouder sneuvelde
onder je wieg
meer miljarden werden gepompt
je moest komen
koste wat het kost

Nu ben je er
let niet op ons gezeur
negeer onze lach en tranen
wees van harte welkom….

MH17, geen water bij wodka

In het oosten van Oekraïne

in de verlaten zonnebloemvelden 

waar alles om gezelschap schreeuwt

liggen bijna driehonderd lichaamsresten 

moederzielen alleen

 

De zielen zijn in schok 

van de plotselinge massamoord 

ze blijven even hangen 

boven de bezaaide velden,

jammeren en stegen verder

zonder bestemming

de bestemming waar de mensheid

eeuwen naar vist en zich vergist

 

Het nieuws bereikt de koning 

snijdt diep in zijn ziel

Hij valt samen met het volk

in een dal van tranen,

vol verdriet 

 

De premier slaat met de vuist

schreeuwt om opheldering 

Hij start een onderzoek naar 

de onderste steen

 

Oekraïne beschuldigt Rusland 

Rusland doet het omgekeerde

beide verzwijgen de bewijzen

de wereld kijkt toe

de nabestaanden zijn wanhopig

ze zwemmen in een zee 

van machteloosheid 

 

Bij de VN huilt de minister

Hij ontroert en overtuigt de wereld

maar daders en hun beschermers

bestellen meer wodka

nu vier jaar later

de Russen doen geen water

bij de wodka....

 

De onderste steen van Rutte

De waarheid
is glibberig
fata morgana
ongrijpbaar
hij schijnt uit stenen
te bestaan
(dat wordt door de mens
beweerd)
waar de onderste steen
het fundament vormt
de meest cruciale
als hij naar boven komt
is alles opgelost
of wordt het hek van de dam

De vraag is
hoe kan je die steen
naar boven halen
als de hele waarheid
niet uit stenen bestaat
maar uit wolken
wolken zijn apriori labiel
ze gaan met de wind mee
en de wind
laat zich niet pakken
of inpakken

De wind is een tiran
met verschillende pseudoniemen
een ervan is Poetin…

Laffe depressies bestaan

Laffe depressies
net als laffe mensen
zetten niet door
niet tot het gaatje
ze zijn menselijk
al te menselijk en gaan
voorbij aan goed en kwaad

Laffe depressies
net als laffe mensen
hullen zich in zuchten
verbergen zich in halve
duisternis
ze vrezen de pikkedonker
de duisternis die geen tunnel kent
geen licht duldt
niet aan het einde
niet aan het begin
maar doormoddert

 

Laffe depressies
net als laffe mensen
houden zich op de vlakte
ze kennen geen hoogte
of diepte
ze zijn kampioenen in
de besluiteloosheid

Laffe depressies
net als laffe mensen
ze zijn hypocriet
ze steken hun kop
voor de helft in het zand
met de andere helft
witwassen ze hun slechte daden

Laffe depressies
net als laffe mensen
kleven aan het leven
ze zijn parasieten

Waren ze maar voor één keer
bliksems of spuwende lava’s
in de duisternis van mijn

Bestaan…