24. okt, 2022

Het hoofddoek van de Amsterdamse burgemeester

Ik lees dat de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema een hoofddoek van de moskeeën heeft ontvangen om het in de gemeenteraad te dragen als solidariteit met de gesluierde moslima’s die zouden gediscrimineerd worden omdat ze hoofddoeken dragen. Ik lees ook dat Halsema  geweigerd heeft het hoofddoek te dragen.
Ik ben eigenlijk benieuwd naar de gedachten van de burgemeester toen ze dat hoofddoek in ontvangst nam en het uitpakte. Wat zou ze gedacht hebben?
Zou ze gedacht hebben?
Ik kan maar een aantal mogelijke gedachten kunnen bedenken (ik ben maar een man en geen politicus).
1. Ach, wat een goed idee maar dat kan ik niet maken.
2. Mooi, ik doe niets mee en zal het in een cadeau etalage hangen.
3. Ik zal het terugsturen met een bosje bloemen.
4. Wat een brutaliteit? 

5. Hoe durven ze dat te doen?
6. Ik ga jullie terug pakken.

Femke Halsema kennende, vooral door haar TV-serie over islamitische vrouwen denk ik dat ze het volgende gedacht zou hebben:
‘Ik ga alle vrouwen die betrokken zijn bij gemeente Amsterdam, inclusief Politie en OM uitnodig. Ik geef ze allemaal hoofddoeken. Ik nodig ook alle moskeeën bestuurders uit en we gaan gezamenlijk (vrouwen en moslimmannen) naar de Dam en daar moet een podium staan. Het koninklijke paleis achter ons en het Vrijheidsbeeld voor ons. En dan bedank ik eerste de moslimmannen voor het sturen van het hoofddoek. Ik nodig dan de brandweer mannen om een vuur in een grote schaal te vlammen. Vervolgens ga ik de moslimmannen vragen hun hoofddeksels af te doen. We gaan allemaal met hoofddoeken en hoofddeksels, in de hand, naar het vuur. Iedereen roept de Iraanse vrouwen leuze : ‘Jin, Jiyan, Azadi = Vrouw, Leven, Vrijheid’*. Ik gooi, als eerste, het hoofddoek in de vlammen. De rest volgt.’

Femke schrikt van haar revolutionaire gedachten. Ze kijkt in de spiegel en veegt het zweet van haar voorhoofd, met haar verkregen hoofddoek en gooit ze dan in de prullenbak. 

Ze slaakt een diepe zucht en zegt: ‘Gelukkig niemand leest gedachten.’

Ik kan me vergissen. Alleen Femke kan mijn schrijven beamen of afwijzen.